Klein – Creveld – De Vries
Rachel Klein
Rachel Klein (geb. 10-01-1856, Amersfoort) was de dochter van winkelier/koopman Abraham Marcus Klein en Naatje Menco.
Rachel werkte van 22 augustus 1876 tot februari 1878 als dienstbode in het gezin van diamantslijper Hijman Isaac van Abbe (geb. 13-01-1834) in de Sarphatistraat 67 in Amsterdam. Van februari 1878 tot Juni 1879 als dienstbode bij weduwe Sara Isaac Beer-Snoek in de Muiderstraat 25. Van juni 1879 tot 29 maart 1881 was zij dienstbode in het gezin van diamantklover Louis Levie Jacobs (geb. 25-08-1855), Plantage Parklaan 7 in Amsterdam. Op basis van de namen en beroepen ga ik er vanuit dat Rachel in Amsterdam dienstbode was in Joodse gezinnen.
Op 29 maart 1881 verhuisde Rachel naar Utrecht en een paar weken later woonde ze op de Lijnmarkt 10. Op 11 mei van dat jaar trouwde Rachel met slager Philip Samuel Creveld (geb. 26-08-1856). Philip was de zoon van slager/slachter Samuel van Creveld en Johanna Spanjer. Hij woonde bij zijn ouders in de Boterstraat 5. Rachel keek vanuit Lijnmarkt 10 in de Boterstraat. Op 29 mei trok Philip bij Rachel in op de Lijnmarkt. Tussen het moment dat Rachel in Utrecht ging wonen en het moment dat ze trouwde met Philip zitten 43 dagen. Ik vermoed dat Rachel vanwege dit ophanden zijnde huwelijk in Utrecht kwam wonen, vlakbij de familie Van Creveld.
Philip was 1 meter en 52 cm. en daarmee te klein voor militaire dienst. Hij had bruine ogen, blond haar en een rond gezicht.
Lange Smeestraat 22
Rachel was meteen na de huwelijksvoltrekking zwanger. Op 17 november 1881 verhuisde het vijf maanden getrouwde stel naar de Lange Smeestraat 609 (later werd 609 omgenummerd naar 22). Ze namen de slagerij over van David Gazan en Philip opende hier de ‘Nieuwe Utrechtsche Vleeschhouwerij’.
Op dit adres werden hun kinderen Johanna (15-02-1882) en Samuel (07-03-1883) geboren. Johanna werd vernoemd naar haar oma Johanna Spanjer en Samuel werd vernoemd naar zijn opa Samuel van Creveld.
Joseph Klein (geb. 30-07-1862), de jongere broer van Rachel, woonde ruim een half jaar bij het gezin in huis. We zullen in deze familiegeschiedenis vaker zien dat de familiebanden sterk waren.
Op 19 mei 1883 overleed Philip Creveld. Hij werd 26 jaar oud. Zijn jongste kind was op dat moment slechts twee maanden oud.
Na het overlijden van Philip kwam Salomon Klein (geb. 15-09-1857), de anderhalf jaar jongere broer van Rachel, tijdelijk bij haar en de kinderen in huis wonen. De slagerij werd overgenomen door Jozeph van Creveld (01-11-1862), de oudere broer van Philip.
Dertien maanden na het overlijden van haar man trad op 4 juni 1884 weduwe Rachel Klein in het huwelijk met koopman/slachter Barend de Vries (geb. 26-07-1857, Vianen). Barend is de zoon van slachter Arend Levie de Vries en Saartje Bouwman. Op de trouwakte staat bij Rachel het beroep vleeshouwster. Hierdoor weten we dat zij in de slagerij van haar eerste man werkzaam was.
handtekeningen op de trouwakte
Na de huwelijksvoltrekking ging Barend wonen in de Lange Smeestraat 609 (= 22) en nam de slagerij van de familie Creveld over. Door dit huwelijk werd hij de stiefvader van Johanna en Samuel Creveld, de twee kinderen van Rachel en Philip.
Acht maanden na de huwelijksvoltrekking werd het oudste kind van Barend en Rachel geboren. Deze Arend (11-02-1885) werd vernoemd naar zijn opa Arend Levie de Vries. Vijftien maanden later werd op dit adres hun dochter Sara (28-06-1886) geboren. Zij werd vernoemd naar haar oma Saartje Bouwman. Samen met de twee kinderen uit het huwelijk van Philip en Rachel, telde het gezin nu vier kinderen.
Lange Smeestraat 10
Op 29 april 1887 verhuisde het gezin naar het winkelpand en de benedenwoning op nummer 615 (later omgenummerd naar nummer 10) in de Lange Smeestraat. In het winkelpand had al een slagerij gezeten.
Op hun oude adres ging zwager Joseph van Creveld wonen met zijn gezin en nam de slagerij over. In de advertenties uit november 1887 van beide slagers zie je dat ze alle twee een kilo rundvlees verkopen voor ƒ 0,55, maar bij Joseph van Creveld krijg je er 1 ons vet gratis bij.
In 1893 verhuisden de voormalige schoonouders van Rachel en de grootouders van haar twee oudste kinderen van de Boterstraat naar de Springweg (het huidige nummer 60), waar zij hun slagerij voortzetten. Dit adres bevond zich op 4 minuten loopafstand van het woonhuis en de slagerij van Rachel en Barend.
In de Lange Smeestraat 10 werden Abraham (13-04-1888), Roosje (15-06-1890), Susanna (24-07-1891), Simon (08-05-1893), Marcus (05-05-1895) en Izak (05-09-1900) geboren. Het gezin telde in totaal tien kinderen.
Op 29 januari 1897 werd Barend de Vries veroordeeld voor het verkopen van vlees 2de soort, zonder daarbij geplaatst te hebben het vereiste opschrift dat dit vlees goed gekookt of gebraden moest worden. Het proces verbaal werd tien maanden daarvoor opgemaakt.
Twijnstraat 18
Op 8 november 1900, toen het jongste kind 2 maanden oud was, verhuisde het gezin met alle kinderen naar Twijnstraat 18, dat zich op 6 minuten loopafstand bevond van hun oude adres. Het oudste kind, Johanna, was inmiddels 18 jaar oud. Ook in dit winkelpand in de Twijnstraat had al eerder een slagerij gezeten.
Nieuw Israelietisch weekblad, 21-10-1904
Ruim elf jaar lang woonde het gezin op dit adres. In maart 1907 vertrok het oudste kind Johanna naar Amsterdam waar zij ging werken. (lees hier haar verhaal)
Johanna trouwde in 1910 en ging bij haar man in Assen wonen. Op de huwelijksakte van Johanna kunnen we lezen dat haar moeder Rachel niet kon schrijven.
Twijnstraat 16
Samuel Creveld verhuisde mee naar nummer 16bis. Na vijf maanden trouwde hij en keerde terug naar nummer 18. (lees hier zijn verhaal)
Abraham trouwde en verhuisde in mei 1915 naar nummer 18bis.
Arend trouwde vertrok in december 1919 naar de Catharijnesingel.
In april 1919 kregen Barend en Rachel een telefoonaansluiting. Het nummer bestond uit vier nummers.
Suzanna trouwde en vertrok in augustus 1920 naar de Steenweg.
Marcus ging in oktober 1920 werken in Amsterdam. (lees hier zijn verhaal)
Roosje trouwde in november 1920. Zij vertrok naar Nederlands-Indië. (lees hier haar verhaal)
Sara trouwde in juli 1921 en verhuisde naar Rotterdam. (lees hier haar verhaal)
Simon de Vries trouwde en verhuisde in februari 1922 naar het benedenhuis op nummer 16.
Op 18 september 1922 overleed Rachel de Vries-Klein. Zij werd 66 jaar oud.
Utrechtsch Nieuwsblad, 19-09-1922, Overleden Rachel Klein
Inmiddels was het leeg in huis. Barend woonde er met zijn jongste zoon Izak. (lees hier zijn verhaal)
Marcus keerde, na gewerkt te hebben in Amsterdam, in 1929 terug op dit adres.
Verder zien we op de adreskaart huisgenoten komen en gaan. Een aantal zijn dienstboden, maar er woonde ook kort een medewerker van de NS.
Voor het telefoonnummer, dat in 1919 bestond uit vier cijfers, werd een ‘1’ toegevoegd en bestond daardoor uit vijf cijfers (van 3254 naar 13254).
Twijnstraat (1934-1936)
Op 13 maart 1940 overleed Barend de Vries op 82-jarige leeftijd. De oorlog werd hem bespaard.
Nieuw Israelietisch weekblad, 15-03-1940
Na het bombardement op Rotterdam werd Sara met haar gezin geëvacueerd naar Utrecht. Sara, David, Rachel en Santje Meiboom namen hun intrek in Twijnstraat 16 bis. Zij woonden op dit adres samen met de jongste twee broers van Sara: Marcus en Izak.